Jagen kan je doen op verschillende manieren:
Alleen, met je hond, of met je jachtcompagnie. Spoor je het wild op en als het vliegt of loopt kan je het schieten.
Voornamelijk voor Kleinwild.
De tegenhanger bij Grofwild (Ree, Hert, Everzwijn) is Bersjacht, waar de jagers het wild besluipen om het dicht genoeg te benaderen om het te kunnen schieten.
Jachtmethode waar de jagers gaan aanzitten op een hoogzit of kansel en wachten tot het wild binnen schietafstand komt.
Jachtmethode waar de jagers vast geposteerd staan op een lijn, de trackers kloppen (klopjacht) in de struiken om het wild naar de jagers toe te drijven. Meestal wordt het wild dan ook pas geschoten als het de jagerslijn overschreden heeft en dus de “track” verlaten heeft.
Dit kan eventueel ook met behulp van honden
Jachtmethode waarbij enkele geweren vast geposteerd staan, meestal zelfs op de Hoogzit, en waar de drijvers het wild verplichten om in beweging te komen. De bedoeling is om het wild te in beweging te krijgen via de gekende wissels (geen vlucht of schrikreactie). De normale hoogzitten, langs deze wissels, kunnen dus gebruikt worden. Bij sommige drukjachten kan het zijn dat er geweren mee samen in de track mee bersen.
Keteljacht Jachtmethode, gebruikt in grote jachtrevieren waar de jagers opgesteld in een cirkel naar het middelpunt toe jagen, vanaf een bepaald punt wordt slechts nog buiten de cirkel geschoten.
Fretteren Jachtmethode met de fret. De konijnenholen worden met netten of builen afgezet. Het fret wordt opgezet, het konijn loopt in de builen en gevangen, of loop weg en wordt geschoten.
De Valkerij gebeurt met een Stootvogel, een afgerichte Roofvogel
Jachtexamen.be is de online leeromgeving voor de jacht, de optimale examenvoorbereiding.
